De Opstanding van de Here Jezus drong maar langzaam door bij de discipelen. Ongeloof maakte langzaam plaats voor geloof. In het Marcus evangelie zagen we op de dag van de opstanding steeds eenzelfde reactie: “geloofden ze het niet” (Marcus 16:11b, vs. 13b). Toen de Here Jezus die avond aan de 11 discipelen verscheen sprak Hij Zijn teleurstelling over hun ongeloof uit (Marcus 16:14).
Dat ongeloof klinkt ons nu misschien raar in de oren. Ze zagen en hoorden hem toch met eigen ogen en eigen oren. Maar toch is het niet zo onlogisch. Ze hadden de Here Jezus zien sterven. Het bewijs van zijn dood was geleverd (Marcus 15:44). Met die zekerheid en het getuigenis dat hun dierbare Jezus in het graf was gelegd hadden ze de sabbath doorgebracht. De tegennatuurlijke opstanding konden ze maar slecht bevatten.
Ook na verschillende verschijningen was de realiteit van de opstanding nog niet doorgedrongen. Dat wordt ook duidelijk als Jezus, de Opgestane zich openbaart in Galilea. Ontmoetingen waar Johannes en Mattheüs van getuigen in hun evangelie.
In Mattheüs worden ze meegenomen naar de berg (Mattheüs 28:16) waar Jezus hen de Bergrede leerde. De leefregels voor Zijn Koninkrijk. Daar waar Hij de grondwet voor Zijn koninkrijk ontvouwde, wil Hij met hen samen zijn. Wellicht heeft Hij daar die rede nog eens in herinnering gebracht. In ieder geval bevestigt dat Hij leeft.
In vs. 17b lezen we dat sommigen nog twijfelden. Het is zo bijzonder te lezen hoe de Here Jezus 40 dagen de tijd neemt om Zijn volgelingen ervan te overtuigen dat Hij leeft. Laten we het voorbeeld van de Here Jezus navolgen en met geduld getuigen van de levende Heer aan onze omgeving. Ook al gaat de geschiedenis van Zijn opstanding voor de mensen waarmee we optrekken niet logisch.
Laat je niet ontmoedigen door ongeloof in je omgeving, maar blijf liefdevol en rustig getuigen van de Opgestane Heer, net zoals Jezus deed bij Zijn discipelen.
In Christus verbonden,
Ko